A: Laat de leerlingen om de beurt van vis naar vis springen (en tegelijkertijd tellen of
de kleur zeggen van de vis bijvoorbeeld).B: Laat 1 leerling de haai zijn. Deze leerling staat op de mat. De andere kinderen sta-
an links of rechts van de mat. Om de beurt mag er een vis (leerling) van links of rechtsgaan ‘ zwemmen’ naar de overkant (rennend of springend). De haai probeert zoveel
mogelijk vissen (kinderen) te tikken.
Inclusief: leskaart, inclusief lijst met 20 woorden die aangeleerd kunnen worden.
Afmeting: 200 bij 200 cm
Onderwater
€ 180,00Prijs